Loonstrookje


Het loonstrookje, een wirwar van getallen en begrippen die de meeste werknemers voor lief nemen. Als het netto maar voldoet aan de verwachtingen. Maar, o wee, als je een vraag krijgt over je inkomen. Wat is je bruto jaarinkomen, doe je mee met spaarloon voor het maximum bedrag, excedentpremie, hoezo, krijg je de maximaal toegestane onbelaste reiskostenvergoeding van je baas en wordt er nu wel of geen rekening gehouden met heffingskorting?

Onderstaand volgt daarom een uitleg van de begrippen welke “boven de “streep” voorkomen zodat je wellicht in staat bent om te controleren of het klopt wat je met je baas hebt afgesproken en of hetgeen is afgesproken ook goed is verloond. 

dagen gewerkt. 
Aantal dagen die je hebt gewerkt in deze periode. Let wel, niet iedere periode is hetzelfde. De éne keer zijn het er 23, dan weer 22 en zelfs 20 komt voor. Uiteraard zijn deze getallen alleen van toepassing als je contractueel iedere dag van de 5-daagse werkweek één of meer uren werkt en salaris per maand krijgt betaald. Bij een salaris per 4 weken , waarbij je dus ook een 13e periode salaris ontvangt, zijn het aantal dagen iedere periode gelijk, namelijk 20( 4 weken van 5 dagen).

dagen ziek. 
Aantal dagen dat je ziek bent geweest in deze of voorgaande periode. Meestal een gegeven door werkgevers te gebruiken als stok achter de deur. Financiële gevolgen heeft het meestal niet, want de meeste CAO’s in Nederland kennen de regel dat bij ziekte het eerste jaar 100% moet worden doorbetaald. Wel is het zo dat je je basissalaris vaak gesplitst op de loonstrook ziet staan. Dus stuk loon naar werken en aanvullend ziekengeld. Bij elkaar is het weer 100%. Echter, voor werkgevers is het een belangrijk gegeven want het is toch wel handig om precies te weten wat iemand heeft gekost zonder er voor te werken. Overigens mag de werkgever over de eerste twee ziektedagen loon inhouden tot wel 100%, de zogenaamde wachtdagen.

premieloon dagen. 
Het gemiddeld aantal dagen per maand waarmee wordt gerekend om te komen tot een nettoloon wat iedere maand bijna hetzelfde is. Dus bij 5-daagse werkweek in 2001(261 werkdagen)21,75 dagen, bij 4-daagse werkweek 4 dagen *52 weken(werkt de fiscus mee bij bepaling bruto-uurloon)/12=17,33 dagen etc,etc. Omdat je over de eerste hfl 117,= per dag geen ww-premie betaalt en met een gemiddeld aantal dagen rekent is de ingehouden ww-premie bij normaal loon iedere maand dus hetzelfde. Zou je met de werkelijk aantal dagen per maand rekenen dan krijg je wel verschillen. Als je in de loop van het jaar uit dienst gaat dan zal je wel op je laatste loonstrook een ander aantal premieloondagen zien omdat er dan wordt gekeken hoeveel werkelijke dagen er tot dan toe moesten worden verloond en daar wordt dan van afgetrokken het totaal aantal premieloondagen tot en met de vorige maand. 

brutoloon = normaal loon=basisloon
Dit is je brutosalaris, waarop nog allerlei bedragen worden ingehouden voor je het, sterk afgeslankt, op je rekening gestort krijgt. Dit salaris heb je afgesproken bij in diensttreding of is het salaris dat een werkgever minimaal moet betalen als er volgens een CAO wordt verloond of is het door loonsverhoging en/of met het inflatiecorrectie opgehoogde bedragen opgebouwde salaris in de loop van je dienstverband.

spaarloonregeling
Als je meedoet aan deze regeling, spaar je maandelijks een gedeelte wat van je brutoloon afgaat. Op jaarbasis mag dit maximaal hfl 1736,= zijn . Dit bedrag blijft belastingvrij als je het een aantal jaren niet opneemt. In sommige gevallen kun je het wel zonder problemen opnemen, zoals bij het opstarten van een eigen bedrijf en de aanschaf van een huis.

wao-gat
De regering heeft in 1993 een aantal ingrijpende maatregelen in de WAO doorgevoerd. De hoogte van de WAO-uitkering wordt hierdoor sterk beperkt. Het verschil tussen de oude en de fors lagere nieuwe uitkering wordt aangeduid met de term “WAO-gat”. Gelukkig is dit WAO-gat te verzekeren. Dit wordt meestal alleen door werknemers opgehoest in de vorm van een inhouding op het brutoloon .

wao-excedent.
Het WAO-Excedent is het verschil tussen de maximale WAO-uitkering en het laatstverdiende salaris.
Elke werknemer heeft na één jaar arbeidsongeschiktheid recht op een uitkering ingevolge de WAO.
De hoogte van de WAO-uitkering bedraagt 70% van het brutoloon, echter tot maximaal het WAO-loon (01-01-2001: 70% x fl. 88.043,– = fl. 61.630,–).

  • voor werknemers met een inkomen dat hoger is dan het maximum WAO-loon kan tot maximaal 80%, van het verschil tussen de maximum WAO-uitkering en het jaarinkomen, worden verzekerd;
  • voor alle werknemers kan de WAO-uitkering van 70% met 10 % tot 80% van het laatstverdiende loon worden verhoogd. 
  • De premie voor deze verzekering wordt ingehouden op het bruto maandloon, waardoor over de premie geen belasting en sociale premies worden ingehouden.Eventuele uitkeringen dienen als inkomen te worden beschouwd.

pensioenpremie
Het kan zijn dat er op grond van een CAO of individuele afspraak met je werkgever een pensioenpremie wordt ingehouden van je brutoloon. Als dit gebeurt dan meestal vanaf het moment dat je 25 jaar wordt. De premies worden gebruikt om een zodanig kapitaal op te bouwen dat je, als je met pensioen gaat, nog steeds met 65 jaar, een pensioenuitkering ontvangt van maximaal 70% van je laatst verdiende loon

vutpremie
VUT staat voor Vervroegde Uittreding en is begin jaren zeventig ingevoerd om extra arbeidsplaatsen te creëren voor jongeren door ouderen vervroegd te laten vertrekken. Wie in de VUT gaat, stopt eerder met werken en blijft toch salaris ontvangen. Dit is 80% tot 85% van het laatste brutoloon. De hoogte van de Vutuitkering is vooraf bepaald, dus niet afhankelijk van het aantal dienstjaren. Meestal moet men wel een aantal jaren in dezelfde branche werkzaam geweest zijn (maximaal 10) om recht te hebben op een Vutuitkering. Indien van branche gewisseld wordt, vervallen de “opgebouwde” VUT-rechten. De pensioenopbouw loopt gewoon door, dus zal het vervroegd uittreden niet of nauwelijks lijden tot een verlaging van het ouderdomspensioen.De premies worden betaald door de werkgever en de werknemer middels een inhouding op het brutoloon. Daarbij is het niet van belang of de werknemer werkelijk gebruik gaat maken van de regeling. Deze premiebetaling is verplicht. De VUT-regeling wordt in de CAO opgenomen en wordt dus overeengekomen voor de duur van de CAO. Het is mogelijk dat de regeling, waar men al jaren aan betaald heeft wordt opgeheven.

anw-gat
Met de invoering van de Algemene Nabestaandenwet in 1996 is de nabestaandenvoorziening flink gewijzigd. Deze wet regelt een basisvoorziening voor nabestaanden die geboren zijn voor 1950, kinderen jonger dan 18 jaar verzorgen of ten minste 45% arbeidsongeschikt zijn. Deze uitkering is afhankelijk van het inkomen. Het ANW-gat is het verschil tussen de ANW-uitkering en de uitkering op grond van de voorganger van de ANW, de Algemene Weduwen- en Wezenwet. Als je via je werkgever je hiervoor hebt verzekerd dan wordt de premie ingehouden van je brutoloon.

fiscale bijtellingen
Het gedeelte van het loon in natura dat belast wordt. Dit zijn meestal vaste bedragen per maand en worden opgeteld bij het brutoloon. Denk daarbij aan kinderopvang, lunches, telefoon en bovenmatige vergoedingen.

SVW-loon
Staat voor: Sociale Verzekerings Wetten. Over het bedrag dat hier staat moet je werknemersverzekeringen(ziekenfonds en/of ww) betalen. Het SVW-loon is het brutoloon, verminderd met de bedragen die je betaalt voor o.a. spaarloon, wao-gat, excedentpremie, pensioen- en vutpremie en anwgat.

ziekenfondspremie
Bedraagt je vaste loon bij indiensttreding of op 1 november van het vorige jaar minder dan hfl. 65.700,=(jaar 2001) dan ben je verplicht ziekenfonds verzekerd. Er wordt dan een percentage van het SVW-loon als premie ingehouden op je brutoloon.

ww-premie
Ben je in loondienst dan wordt er altijd een percentage van het SVW-loon als werkloosheidspremie ingehouden op je brutoloon.
bijdrage ziektekostenverzekering
Ben je particulier verzekerd dan betaal je een bedrag aan ziektekosten. Je werkgever kan alles of een gedeelte vergoeden. Over deze vergoeding ben je dan alleen loonheffing verschuldigd.

loonheffing
De op je loon ingehouden loonheffing is eigenlijk een voorheffing op een deel van je totale inkomen, in dit geval het loon dat je van je werkgever ontvangt. De definitieve berekening van de te betalen loonbelasting en premies vindt plaats als je een formulier voor de inkomstenbelasting invult. Daarbij wordt met al je inkomsten (loon, maar ook andere inkomsten) rekening gehouden en berekend hoeveel je werkelijk moet betalen. Of je nog moet bijbetalen (of iets terugkrijgt) hangt dan mede af van de al betaalde maandelijkse loonheffing op je loon en je eventuele maandelijkse voorlopige teruggaaf van de belastingdienst. 
De berekening van de te bepalen hoeveelheid loonheffing gaat in een aantal stappen. 

Stap 1.
Tel alle belastbare bestanddelen van je loon bij elkaar op. Deze bestanddelen bestaan uit structurele elementen zoals bruto maandsalaris,en eventueel loon in natura(d.i. bijv. kinderopvangbijtelling, telefoonbijtelling, belaste reiskostenvergoedingen) en incidentele elementen , zoals overwerk, bonussen, provisies, onregelmatigheidstoeslagen e.d.).

Vervolgens trekt je van de bovenstaande opgetelde bestanddelen af de eventuele ingehouden wao-gatpremie, pensioenpremie, vutpremie, excedentpremie, anw-gatpremie en de bruto ingehouden bedragen aan spaarloon, pc-privé, ingehouden ziektedagen e.d. Het bedrag wat overblijft noemt men het SVW-loon. 
Bent je verplicht verzekerd voor het ziekenfonds dan moet je de premie die je werkgever aan het ziekenfonds betaalt optellen bij het SVW-loon. Daar trekt je vervolgens je betaalde premie WW weer vanaf. Het bedrag wat overblijft is de grondslag voor de berekening van de te betalen loonheffing, aangeduid als loon voor de loonheffing of fiscaal loon. 
Hoeveel loonheffing je precies moet betalen kan je op verschillende manieren bepalen:

Manier 1: je raadpleegt een zgn. loonbelastingtabel(te vinden in de meeste belastinggidsen en waarschijnlijk ook wel in te zien bij de salarisadministratie of personeelsafdeling.

Manier 2: je surft naar de website van de Belastingdienst (www.belastingdienst.nl; er zijn verschillende tabellen, maar voor de meeste werknemers geldt de zgn. witte tabel.

Manier 3: je rekent het zelf uit. Dat lijkt ingewikkeld, maar valt in de meeste gevallen heel erg mee. Neem als voorbeeld de volgende persoon waarbij de grondslag voor de loonheffing op zijn/haar loonstrook f 8.923,12 per maand is ofwel (na vermenigvuldiging met 12) f 107.077 per jaar. Over de eerste schijf van f 32.769 wordt 32,35% loonheffing ofwel f 10.601 ingehouden. Over de volgende f 26.751 (de tweede schijf) bedraagt de loonheffing 37,6% ofwel f 10.058. De volgende f 42.532 zijn de derde schijf en daarover bedraagt de loonheffing 42%, ofwel f 17.863. Dan resteert van de grondslag nog f 107.077 – 32.769 – 26.751 – 42.532 = f 5.025 , die tot de vierde schijf behoort en waarover 52% ofwel f 2.613 loonheffing verschuldigd is. In totaal dus f 10.601 + f f 10.058 + f 17.863 + f 2.613 = f 41.135 te betalen loonheffing. Van dat bedrag worden de algemene heffingskorting (maximaal f 3.473) en de arbeidskorting (maximaal f 2.027) afgetrokken, zodat in totaal aan te betalen loonheffing op jaarbasis f 35.635 overblijft, ofwel (na delen door 12) f 2.969 per maand. Dat is (op één gulden na !) dan ook weer precies het bedrag dat op de loonstrook staat als ingehouden loonheffing. Dit kleine verschil heeft te maken met het feit dat de grondslag voor de loonheffing (in dit geval f 107.077) eerst vertaald wordt naar een veelvoud van 120 (in dit geval f 107.040) voordat de hier uiteengezette berekening wordt uitgevoerd. En dan klopt het vermelde bedrag aan ingehouden loonheffing precies !

Als er in de loop van het jaar door je werkgever(s) te veel/weinig belasting is ingehouden, wordt dat automatisch verrekend bij het invullen van het belastingformulier. Ontvangt je geen belastingformulier, dan kan je, zonder dat het je tot iets verplicht, een zgn. T-formulier aanvragen bij de belastingdienst. Op twee manieren kan je ervoor zorgen dat je werkgever gedurende het jaar niet te veel of te weinig belasting inhoudt: zorg dat de juiste gegevens over je bekend zijn bij je werkgever; als je belangrijke aftrekposten hebt (bijv. hypotheekrente, bijzondere aftrekbare posten of specifieke heffingskortingen), dan kan je bij de belastingdienst een verzoek indienen om het daarmee overeenkomende voordeel maandelijks door de belastingdienst overgemaakt te krijgen.

nettoloon
Het bedrag dat na aftrek van premies en belastingen overblijft. Sommige werkgevers geven hun personeel daarnaast ook nog een onkostenvergoeding, representatievergoeding of reiskostenvergoedingen en/of houden bedragen in voor bijdrage aan de auto van de zaak, personeelsvereniging of premiespaarloon.

premiespaarloon
Bij een premiespaarregeling houdt je werkgever een bedrag van het nettoloon in. Dit bedrag wordt even als het spaarloon op een geblokkeerde rekening gestort. Over het bedrag kan door de werkgever een onbelaste premie worden toegekend. Deze premie bedraagt maximaal 100% van het gespaarde bedrag, met een voor de jaren 2000 en verder een absoluut maximum van ƒ 1.158,- .

parttime-factor
Het percentage van een volledige werkweek dat je werkt. Uit hoeveel uren die volledige werkweek bestaat, staat in de cao of is op een andere manier afgesproken. Vermenigvuldig de parttime-factor met het fulltime-salaris voor het salaris dat bovenaan het loonstrookje staat.

minimum(jeugd)loon
Dit staat op ieder loonstrookje, en is meestal het brutomaandbedrag bij een fulltime dienstverband. Aan de hand hiervan kan je zelf controleren of je brutoloon daar wel gelijk aan is dan wel bovenzit.

aanspraak
Rechten die je in de loop van de tijd opbouwt, en die je later te gelde kunt maken. Een vakantie-uitkering kan een aanspraak zijn, net als een eindejaarsuitkering. De aanspraak wordt pas verloond op het loonstrookje als het bedrag in die periode wordt uitgekeerd. Meestal staat er een bedrag aan opgebouwd vakantiegeld en 13e maand, mits deze nog niet is uitgekeerd.

sofi-nummer
De belastingdienst verstrekt aan iedere belastingplichtige vanaf 12 jaar een sociaal fiscaal (sofi) nummer. Het is een registratienummer. Alle werknemers en uitkeringsgerechtigden worden met dit nummer opgenomen in de administratie van de belastingdienst, uitkeringsinstanties en organen van de sociale verzekeringen. De gemeentelijke sociale dienst hanteert het sofi-nummer ook bij de uitvoering van de bijstandwet. De bedoeling van het sofi-nummer is, dat de belastingdienst makkelijker gegevens kan uitwisselen met de bedrijfsverenigingen en uitkeringsinstanties en om fraude tegen te gaan. Instanties mogen het sofi-nummer van cliënten aan niemand verstrekken, tenzij de wet dat toestaat of verplicht, of als de betrokken cliënt er schriftelijk toestemming voor heeft gegeven. Het is de bedoeling dat het sofi-nummer ook gebruikt gaat worden als onderwijsnummer, zodat de toezending in de toekomst plaats zal vinden kort na het bereiken van de derde verjaardag. (99-47).

loonheffingskorting ja of nee, code 0 of 1
De bestaande tariefgroepen zijn per 1 januari 2001 automatisch omgezet naar het nieuwe systeem van de loonheffingskorting. Je hoefde, mits je reeds in loondienst was daarvoor dus niets te doen. Was je in tariefgroep 1, 2, 3, 4 of 5 ingedeeld, dan houdt de salarisadministratie automatisch rekening met de loonheffingskorting waarop je recht hebt. Was je in tariefgroep 0 ingedeeld, dan wordt er vanaf 1 januari 2001 geen rekening met de loonheffingskorting gehouden. Ben je het met de automatische omzetting niet eens dan moet je bij je werkgever een loonbelastingverklaring 2001 opvragen en ingevuld retourneren.

Anil Mahadew – Personeel Manager – Pay-Roll conculent
Bron: Leo van Hoogendalem

Reacties

      Schrijf een reactie


      Let op. Het e-mailadres is niet verplicht maar hou er rekening mee dat deze wel gepubliceerd.

      Register New Account
      Wachtwoord opnieuw instellen