Balarama


In Gokula groeiden twee vrolijke kinderen op die vrij berucht waren. Rama en Krishna heetten ze. Het waren twee broers en ze hadden vaste taken. Samen brachten ze elke ochtend de koeien en kalveren naar het bos om ze te laten grazen. Ze gingen dan samen met de andere jongens uit het dorpje. Op een dag kwamen ze een bessen boom tegen die vol bessen zat.

Ze gingen watertanden toen ze het zagen, maar ze konden er niet zomaar van eten. Er was een probleemp, namelijk het boompje was op Dhenukasura’s gebied. Alles wat daar binnen gaat komt nooit levend terug, dus waren ze extra alert. Rama vroeg aan de andere jongens nogmaals of ze bessen wouden eten, ze zeiden allemaal: “Jaaaaa.” Rama liep vervolgens naar de boom toe en schudde uit alle macht en er vielen heel wat bessen op de grond. Op een gegeven moment werd Dhenukasura wakker en vroeg: “Wie durft mij te storen.” Hij veranderde van gedaante en kwam naar voren in de gedaante van een wilde ezel. Iedereen zag dat en vluchtte, maar Rama en Krishna bleven aan de boom schudden. Het volgende moment bevond Rama zich hoog in de lucht, toen hij op grond kwam schopte Dhenukasura hem opnieuw. Er ontstond een gevecht tussen Rama en Dhenukasura.En Rama won het gevecht. 

Langzaam kwam iedereen terug uit zijn schuilplaats en begon gulzig van de bessen te eten. Op een gegeven moment hoorden ze de hordes van Dhenuka aan komen, ook daar ontstond er een gevecht van en Rama won dat ook. Zo overwon Rama een nieuw stuk grond om de koeien op te laten grazen. Ze gingen feesten omdat ze het gevecht overwonnen hadden, maar het feest werd verstoord. Rama werd ontvoerd door een Asura. Ook hem verslond Rama. Zo liep Rama terug naar zijn vrienden en ze waren heel blij om hem weer te zien. Tegen de avond klonk overal in Gokula het verhaal van Rama’s kracht. Niemand was zo sterk als Rama. Hij werd dor velen gezegend en kreeg toen de naam Balarama.En sindsdien werd hij door iedereen Balarama genoemd.

Balarama en Krishna groeiden op tot volwassene mannen, die erg moedigwaren. Ze doodden zelf de koning Kangs van Mathura, een zeer machtig man. Daarnaast bevrijdden ze hun ouders uit de gevangenis van Kangs. En ze hadden hun grootvader Ugrasena weer op de troon gezet.
Krishna en Balarama verhuisden naar Dwarka en daar kwamen er twee vreemdelingen aan. Het waren reuzen en iedereen schrok ervan en rende weg. Maar de reuzen waren heel vriendelijk, ze waren alleen maar terug gekomen om hun oude woonplaats te bezichtigen. Ze waren opzoek naar de koning. De reus bleek de koning van Raivata van Kushashtali te zijn. Niemand had daar ooit van gehoord. Wat bleek, hij was een achter kleinzoon van Manu, een koning die eeuwen geleden over dat stuk geregeerd had. Hij was samen met zijn dochter Revati.Omwille van haar had hij het koninkrijk verlaten. Hij vroeg Brahma om hulp. Brahma stuurde Koning Raivata terug naar zijn eigen koninkrijk, waar ze zich nu dus bevonden. Daar zou hij volgens Brahma iemand vinden die met zijn dochter zou huwen. Balarama kwam naar voren en zei: “Ik zou wel willen, maar ze is te groot voor me, daar zou ik iets aan moeten doen.” De maharaj zou Balarama helpen en hij vroeg of de prinses zijn ploegen schaar wou aanraken met haar teen. Dat deed de prinses en ze kromp tot ze perfect bij elkaar pasten. 

Op een gunstig tijdstip trouwden ze en het werd echt feestelijk gevierd. Lakshmana was verliefd op Krishna, ze dacht de hele dag alleen maar aan haar. Haar vader koning Brihatsena was heel erg ongerust, ze moest kiezen, maar ze had al gekozen, ze wou Krishna alleen. Maar haar vader was nog steeds ongerust, omdat er heel veel koningen waren die met haar wilden trouwen. Haar vader had een oplossing bedacht en hij had een wedstrijd bedacht, namelijk een wedstrijd waar er maar één winnaar kon zijn. Alle kandidaten kwamen bijelkaar. Het ging erom dat men de boog zou moeten optillen, en hem vervolgens spannen en daarna mee gericht te schieten, en daarna mocht de gene met Lakshmana trouwen. Niemand kon de boog optillen, op een gegeven moment kwam Krishna en hij tilde de boog moeiteloos op en spande hem en schoot de pijl af. Hij had het goed gericht en schoot de pijl precies zoals het moest. Lakshaman en Krishna keerden gelukkig terug naar Dwarka waar iedereen hen opwachtten. Ze werden feestelijk ontvangen.

Reacties

      Schrijf een reactie


      Let op. Het e-mailadres is niet verplicht maar hou er rekening mee dat deze wel gepubliceerd.

      Register New Account
      Wachtwoord opnieuw instellen